Ombudsman Uitvaartwezen
De Stichting Klachteninstituut Uitvaartwezen behandelt klachten van consumenten over de uitvaartbranche

Grafsteen

21-03-2022 2021-100 Grafrechten

Klacht:

Onderwerp van het geschil:

Klager is van mening dat verweerder hem tijdig had moeten informeren over de verwijdering van de grafsteen op het graf van zijn overleden vader, na expiratie van de looptijd van de grafrechten.

 

De ombudsman stelt de volgende feiten vast:  

  1. Verweerder heeft de erven van de heer X op 10 september 2009 geïnformeerd over de mogelijkheid van overschrijving van de grafrechten.
  2. Verweerder heeft op 4 april 2014 schriftelijk aan één van de erven bevestigd dat de grafrechten niet zullen worden overgeschreven.
  3. Verweerder heeft op 14 april 2021 het besluit tot vervallen verklaren van graven (waaronder het graf van de heer X) gepubliceerd in haar Gemeenteblad.
  4. Familieleden van klager hebben eind 2021 een gesprek gevoerd met verweerder en daarin erkend dat zij geen behoefte hadden aan continuering van het grafrecht.

 

De ombudsman overweegt het volgende:  

  1. Klager is als erfgenaam door verweerder op 10 september 2009 op de hoogte gesteld van de noodzaak om zo spoedig mogelijk het bestaande grafrecht over te zetten op naam van een nieuwe rechthebbende. Indien dat niet vóór 9 september 2010 gebeurt, vervalt het grafrecht terug aan verweerder.
  2. Verweerder heeft in april 2014 telefonisch contact gehad met een mede-erfgenaam, de heer Y, die te kennen gaf dat de familie geen gebruik zou maken van het recht tot overschrijving van het grafrecht. De grafrechten zouden na 31 december 2019 komen te vervallen.
  3. Verweerder heeft de vervallenverklaring van het grafrecht op 14 april 2021 gepubliceerd. In de periode september 2009 t/m december 2019 heeft klager niets van zich laten horen, terwijl hij wist dat het grafrecht zou eindigen op 31 december 2019. Mede gelet op de hiervoor genoemde brieven en publicatie van verweerder kan klager naar mijn mening niet met recht stellen dat er op verweerder een plicht rustte om hem vóór de beëindigingsdatum van het grafrecht specifiek te wijzen op een mogelijkheid om de grafsteen zelf te verwijderen.
  1. Namens de erven is in 2014 duidelijk aangegeven dat er geen overschrijving van het grafrecht zou plaatsvinden, waardoor verweerder begrijpelijkerwijs geen sticker met informatie op de grafsteen heeft geplakt.
  2. Klager heeft zelf verklaard dat hij geen studie van de stukken heeft gemaakt, waardoor hij kennelijk geen goede nota heeft genomen van de schriftelijke mededeling van verweerder in haar brief d.d. 10 september 2009, waarin duidelijk is aangegeven dat de voorwerpen na afloop van de looptijd van het graf worden gehaald door verweerder.
  3. Indien klager de grafsteen zelf had willen ophalen, dan had het op zijn weg gelegen om daarvan tijdig mededeling te doen aan verweerder, hetgeen klager heeft nagelaten.

 

Uitspraak:

Beslissing van de ombudsman: 

Ik verklaar de klachten van klager ongegrond.

 

Zowel klager als verweerder zijn gehouden het bindend advies van de ombudsman te respecteren en na te komen.

 

De Ombudsman Uitvaartwezen