Bij een uitvaart waren een paar zaken anders gelopen dan bedoeld. Opdrachtgever wenste een bus voor het vervoer van de familie, maar de geleverde bus bleek aan de kleine kant, hoewel de ondernemer een grote bus had besteld.
Verder was het personeel op de begraafplaats al begonnen met een graafmachine het graf dicht te maken toen de nabestaanden nog vlakbij waren.
Voorts waren enkele zaken bij de ondernemer niet geheel juist verlopen, waarvoor aan klager een vergoeding was toegezegd. Tenslotte speelde de verrekening van niet afgenomen onderdelen van het basistarief.
Uitspraak:
Bij de eerste twee zaken staat een ondernemer op dat moment machteloos. Er komt een andere bus voorrijden dan de bedoeling was, maar de tijd voor wijzigen is te kort. Ook het optreden van het personeel van de begraafplaats is niet door de uitvaartondernemer te sturen. Wel had de betreffende ondernemer ten behoeve van de opdrachtgever bij beide instanties bezwaar gemaakt en zodoende zo goed mogelijk getracht de belangen van opdrachtgever te behartigen.
Verrekening van niet afgenomen diensten werd door de ondernemer geweigerd met een beroep op het coöperatieve karakter van de onderneming.
Aangezien het coöperatieve karakter een toeslag voor extra personeel en het werken op zaterdag wel toelaat, zou het omgekeerde ook van toepassing moeten zijn.
Afgezien daarvan dient er volgens artikel 3.4 van de Algemene Voorwaarden wel degelijk verrekend te worden. De aldaar genoemde “door de ondernemer vastgestelde verrekenwijze “ kan niet worden gelezen als “geen verrekening”.
De klacht werd daarom gegrond verklaard.
