Ombudsman Uitvaartwezen
De Stichting Klachteninstituut Uitvaartwezen behandelt klachten van consumenten over de uitvaartbranche

Uitvaartkosten later bekeken

31-12-2016 2016-089 Aanname - Basis tarief, Factuur uitvaart, Kostenbegroting

Klacht:

2016-089-uitvaartkosten-later-bekeken

Klager is niet tevreden over de tarieven die de uitvaartondernemer hanteerde bij de uitvaart van zijn moeder. Hij vergeleek deze met de tarieven van de uitvaart van zijn vader en constateert dat deze in 10 jaar tijd op onderdelen soms wel 70% zijn gestegen. Hoewel de uitvaart van zijn vader destijds door een andere uitvaartondernemer werd begeleid begrijpt klager niet waarom de kosten zoveel hoger zijn. Hij merkt op dat hij tijdens de bespreking van de uitvaart tegenover de uitvaartbegeleider aangaf dat hij op dat moment nog niets kon zeggen over de hoogte van de tarieven en later zou bekijken of de tarieven acceptabel waren.  Klager vergeleek de rekeningen van de beide uitvaarten en ziet een verschil van ongeveer € 750,-, nadat hij de inflatie, stijging lonen etc. en een extra stijging van 10% verrekende. Overigens heeft klager geen klachten over de uitvoering van de uitvaart, op enkele kleine onvolkomenheden na, en stelt hij dat er geen waarneembaar verschil is tussen beide uitvaarten.

Uitspraak:

 Conclusie van de ombudsman

  1. Klager tekende de kostenbegroting en tekende daarmee voor uitvoering van de uitvaart volgens specificatie en volgens de voorwaarden van de uitvaartondernemer. Daarmee is een overeenkomst tot stand gekomen, waaraan voor beide partijen rechten en plichten zijn verbonden.
  2. Het feit dat klager pas ná de uitvaart een kostenvergelijking uitvoerde en daarvan bij het tekenen van de kostenbegroting melding maakte, komt voor zijn verantwoordelijkheid. Hij had de vergelijking voorafgaand aan de uitvaart kunnen uitvoeren en eventueel voor een andere uitvaartondernemer kunnen kiezen. Dat hij om zijn moverende redenen daarvoor niet koos kan de uitvaartondernemer niet worden tegengeworpen, temeer nu de uitvaartondernemer deze mogelijkheid actief opperde.
  3. Het had op de weg van klager gelegen de gehele factuur te betalen.

Beslissing van de Ombudsman

Op basis van het bovenstaande oordeelt de ombudsman dat klager aan de uitvaartondernemer nog het restant bedrag van € 739,26 schuldig is. Dit bedrag dient binnen twee weken na ontvangst van dit bindend advies op de rekening van de uitvaartondernemer te staan. Mocht de uitvaartondernemer kosten hebben gemaakt voor de incassoprocedure, dan komen deze voor rekening van klager. Klager besloot immers zelf om niet te betalen voor het deel van de rekening dat hij nog schuldig was. Daarmee is hij ook verantwoordelijk voor de door de uitvaartondernemer gemaakte kosten. De uitvaartondernemer kan deze incassokosten aan klager kenbaar maken door het sturen van een factuur. Deze kosten dient klager te voldoen binnen twee weken na ontvangst van de factuur.